Wegen en bruggen
Het beleidskader
De gemeente is verantwoordelijk voor de aanleg en onderhoud van openbare wegen en civiele kunstwerken. Uitgangspunt is dat deze openbare verhardingen en civiele kunstwerken tegen de laagst mogelijke maatschappelijke kosten worden onderhouden. Een achterstand bij het onderhoud kan de veiligheid van weggebruikers in gevaar brengen, leiden tot klachten, leiden tot ongevallen en het aansprakelijk stellen van de gemeente. Leidraad voor het onderhoud aan wegen en civiele kunstwerken is de systematiek voor rationeel wegbeheer van het CROW (nationaal kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte).
Het beheer
Voor het beheer van wegen en civiele kunstwerken is het Beheerplan Wegen en Civiele kunstwerken 2021-2030 vastgesteld. Met dit plan willen we inzicht geven in de huidige staat van onze wegen en civiele kunstwerken en in de manier waarop we het beheer en onderhoud hiervan vormgeven. Daarbij kijken we vooruit naar de invulling van het beheer voor de komende begrotingsperiode, met een doorkijk naar de lange termijn (tien jaar). Dit beheerplan wordt iedere vijf jaar geactualiseerd.
Bij de beheermaatregelen kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het tweejaarlijks uitvoeren van een inspectie en het bijhouden van de data in GBI. Op basis hiervan stellen we onderhoudsplannen op en stemmen we af met andere beheerdisciplines en projecten.
Voor de instandhouding van wegen en civiele kunstwerken is de voorziening ‘groot onderhoud wegen/bruggen’ ingericht. De storting in deze voorziening is afgestemd op verschillende beheerplannen en onderhoudsplannen voor het onderhoud van onze wegen en civieltechnische kunstwerken.
Het dagelijks onderhoud aan onze wegen, bruggen en civieltechnische kunstwerken voeren we uit op basis van de klachten/meldingen die via melddesk bij de gemeente binnenkomen. Deze ingekomen klachten worden, samen met de bij de inspecties geconstateerde kleine gebreken, op basis van prioritering verholpen. Het onderdeel gladheidbestrijding voeren we ten slotte uit op basis van een door het college vastgesteld gladheidsbestrijdingsplan.
Actuele ontwikkelingen
Elke twee jaar beoordelen we het onderhoudsniveau van alle verhardingen met een inspectie op basis van landelijke richtlijnen/normen. In het voorjaar van 2025 inspecteren we het totale wegen-areaal visueel. Op basis daarvan wordt het meerjaren onderhoudsprogram-ma elementenverharding 2025-2028 opgesteld.
Naast de visuele inspectie is in 2013 een grootschalig constructief onderzoek uitgevoerd aan onze doorgaande asfaltwegen om de levensduur en het onderhoudsniveau voor de middellange termijn te bepalen. Aan de hand van deze onderzoek- en inspectiegegevens hebben we een meerjaren onderhoudsprogramma asfaltwegen 2021-2024 opgesteld welke thans in de laatste fase van uitvoering is. In 2022 is een nieuw onderzoek uitgevoerd, met name voor de buitenwegen, welke als input dient voor een onderhoudsprogramma asfaltwegen vanaf 2025.
De civieltechnische kunstwerken, bruggen, duikers, stuwen, constructie in grondwallen en kano-aanlegsteigers hebben we in 2023 geïnspecteerd en opgenomen in een meerjarenplanning. Vervolgens hebben we een onderhoudsplan kunstwerken voor de komende vijf jaren opgesteld.
Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren
Uit het beheersysteem GBI blijkt dat de gemeente Valkenswaard in totaal ca. 2.100.000 m2 verhardingen in beheer heeft en dat deze voldoen aan de in het KOOR gestelde kwaliteitsniveaus.
Groen
Het beleidskader
Het is voor de gemeente van groot belang om positief bij te dragen aan de natuur en het milieu en als aantrekkelijke woongemeente te fungeren. Het streven is om met ons waardevolle groen de biodiversiteit te stimuleren en een woonklimaat te realiseren dat ruimte, rust en diversiteit bevat. Maar we willen ook de groene kwaliteiten benutten om bewoners en recreanten er plezier aan te laten beleven. Om het aanwezige groen te behouden, en zelfs te versterken, hanteren we het groenstructuurplan. Dit plan fungeert als toetsingskader voor het beschermen van ons bestaande groen en het inpassen van nieuwe ontwikkelingen. Voor het beheren van de ruim 960 hectare bossen, natuurterreinen en landschappelijke elementen is in het Integraal Ontwikkelingsplan Bos- en Natuurterreinen voor de komende jaren een ontwikkelrichting vastgelegd. Over het geheel bezien blijven we inzetten op vergroening, bijvoorbeeld door het aanplanten van nieuwe bomen: zowel in de kernen als in het buitengebied.
Het beheer
De kwaliteit van ons groen wordt in het kader van kwaliteit gestuurd werken (beleidsplan KOOR) regelmatig geïnspecteerd. Zo houden we elk jaar tweemaal een groen- en een kwaliteitsinspectie. Bij groenbeheer houden we zoveel mogelijk rekening met klimaatadaptie en proberen we de biodiversiteit en de ecologische natuurwaarden te versterken. Dat doen we bijvoorbeeld door daar waar mogelijk het onderhoud te verminderen. Om het milieu minder te belasten, borstelen we het onkruid weg in plaats van dat we het chemisch bestrijden of wegbranden.
Het bestrijden van de eikenprocessierups doen we steeds meer op natuurlijke wijze door het planten van speciale bollenmengsels, het zaaien van wildbloemen en het aanpassen van de vaste beplanting naar soorten die de natuurlijke vijanden van de rups aantrekken. Met mezen-kastjes en speciale broedkasten wordt de natuurlijke bestrijding nog een extra impuls gegeven. Preventieve bestrijding, met een biologisch bestrijdingsmiddel, bouwen we af en voeren we nog slechts uit op plekken waar veel mensen komen en gezondheidsrisico’s op de loer liggen. Invasieve exoten zoals de Japanse duizendknoop steken op steeds meer plaatsen de kop op. In 2022 hebben de A2 gemeenten gezamenlijk een bewustwordingscampagne georganiseerd voor haar inwoners, terreinbeheerders en groenorganisaties. Doelstelling van de campagne was het beheersen van problemen met invasieve exoten. Voor bestrijding, van bijvoorbeeld de Japanse duizendknoop, zijn nog geen adequate en betaalbare methoden beschikbaar.
Voor het groot onderhoud en de vervanging van groen is nog geen voorziening of reserve gevormd. De lasten en baten worden rechtstreeks in de exploitatie verantwoord. Bij de huidige werkwijze voeren we het vervangen, de vernieuwing en de renovatie van groen zoveel mogelijk uit binnen integrale uitvoeringprojecten.
Actuele ontwikkelingen
Er hebben reeds enkele bijeenkomsten plaatsgevonden met groenorganisaties en afgevaardigden van wijkcommissies om aanvullende beleidsregels uit te werken waarmee we onze bijzondere bomen, monumentaal en waardevol, beter te beschermen. Ook kijken we naar uitvoeringsbeleid voor het beheer van bomen (bomen beheerplan) en onderzoeken we of we een bomenfonds en de herplantplicht beter kunnen uitwerken.. We stimuleren de biologische diversiteit met maatregelen zoals ecologisch bermbeheer, bloembollen, minder bestrating voor klimaatadaptie door acties als ‘tegelwippen’ en het adopteren van boomspiegels door inwoners. Via de wijkcommissies en het IVN organiseren we kleinschalige projecten om onze inwoners te stimuleren ook bij te dragen aan vergroening en klimaatadaptatie. Voorbeelden van deze acties voor onze inwoners zijn het ‘tegelwippen’, het beschikbaar stellen van fruitboompjes, het realiseren van vogelhuisjes en het bieden van de mogelijkheid van het adopteren van gemeentelijke boomspiegels.
Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren
Bomen: 29.800 Gras: 1.095.000 vierkante meter.
Openbare verlichting
Het beleidskader
De gemeente is verantwoordelijk voor de aanleg en het onderhoud van de openbare verlichting langs de openbare wegen. Het doel van openbare verlichting is om optimaal bij te dragen aan de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de kwaliteit van de openbare ruimte(leefbaarheid). Voor de afweging om wel of niet te verlichten worden de determineertabellen uit de richtlijn NPR-13201 gehanteerd, de richtlijn Lichthinder én de Flora -en Faunawet. Het uitgangspunt hierbij is samen te vatten als: “Niet verlichten, tenzij…”.
Als uit de afweging volgt dat verlichting wenselijk is, wordt verlichting toegepast. Belangrijke randvoorwaarden hierbij zijn (1) een zo laag mogelijk energieverbruik, (2) het toepassen van duurzame oplossingen en (3) borging van een veilige en goed functionerende installatie, (4) tegen verantwoordelijke kosten en (5) een zo laag en duurzaam mogelijk energiegebruik.
Voor de komende periode vanaf 2025 wordt het beheerbeleidsplan (2025-2029) voor openbare verlichting geactualiseerd.
Het beheer
We hebben de beschikking over een beheerprogramma, waarin de actuele gegevens van onze openbare verlichting zijn opgenomen. De vervanging van de openbare verlichting vindt plaats via investeringsprojecten. Afgeschreven conventionele verlichting wordt vervangen door LED-verlichting. De lasten en baten worden rechtstreeks in de exploitatie verantwoord.
Begin 2023 is het gecombineerd onderhouds- en vervangingsbestek aanbesteed voor de komende 4 jaren. De aannemer draagt, naast het direct acteren op ontvangen storingen, ook zorg voor de juiste beheergegevens, klein- en grootschalige vervangingen en het dagelijks onderhoud waarbij wij als opdrachtgever de algehele regie voeren. Voor de komende periode wordt het gecombineerde onderhouds- en vervangingsbestek opnieuw aanbesteed.
Actuele ontwikkelingen
• Begin 2024 zijn in de wijk Kreijenbeek 67 lichtmasten aan de doorgaande weg vervangen, en aan Klappermanstraat/parallelweg West 12 masten. En daarbij in diverse straten in Hoge Akkers 295 stuks armaturen vervangen door LED
• In het najaar van 2024 wordt gestart met vervanging van 274 armaturen (diverse straten) door LED en 57 lichtmasten (deels Kerkakkers)
• Dit proces zetten we uiteraard naast de normale onderhoudswerkzaamheden en incidentele vervangen in 2025 weer voort.
Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren
Wij beschikken momenteel over ongeveer 7305 lichtmasten (excl. sportverlichting) en 7401 armaturen (inclusief grondspots).
Verkeersregelinstallaties (VRI’s)
Het beleidskader
Eén van de kerntaken van de gemeente Valkenswaard is de zorg voor een goed functionerend wegennet. Verkeersregelinstallaties (VRI’s) zijn daar een onderdeel van en hebben een belangrijke functie voor het realiseren van de beleidsdoelen. Deze beleidsdoelen gaan over belangrijke maatschappelijke thema’s als mobiliteit, bereikbaarheid, verkeersveiligheid en leefbaarheid. Voor VRI’s is het Beheerbeleidsplan verkeersregelingen 2013-2022 vastgesteld.
In Valkenswaard staan momenteel dertien VRI’s, die eigendom zijn van de gemeente. Door slecht afgeregelde regelapparatuur, uitval of andere storingen kunnen gevaarlijke situaties ontstaan. Een adequaat VRI-beheer, waarbij storingen snel worden opgelost en versleten en slecht functionerende onderdelen (preventief) worden vervangen, is noodzakelijk. Zo kunnen we de kans op storingen verkleinen en de levensduur van de installatie verlengen.
Het beheer
Het technische beheer vraagt om een duidelijke beheerstrategie en bijbehorende financiële middelen. Alle installaties worden jaarlijks onderworpen aan een inspectie. Op basis van de resultaten daarvan actualiseren we het onderhoudsprogramma voor een periode van vier jaar. Voor de instandhouding van verkeersregelinstallaties hebben we geen voorziening ingericht maar worden de lasten en baten rechtstreeks in de exploitatie verantwoord. Voor grootschalig onderhoud en vernieuwingen richten we investeringsprojecten in.
Naast het technische beheer is het functionele beheer van de installaties belangrijk. Het zogenaamde verkeersbeheer beoordeelt onder meer aan de hand van kruispuntanalyses en binnengekomen wensen en klachten of we de verkeersregelprogramma’s in de verkeersregelautomaten (VRA’s) moeten aanpassen. VRI’s zijn ook een belangrijkverkeerskundig sturingsinstrument om verkeerstromen te beïnvloeden. Ook dit aspect maakt het noodzakelijk om actueel verkeersmanagement te voeren.
Actuele ontwikkelingen
Op hoofdlijnen kunnen we stellen dat:
• Twaalf VRI’s voldoende restlevensduur hebben en naar behoren functioneren;
• Eén VRI momenteel op een huurautomaat draait en dat vervanging afhankelijk is van ontwikkelingen rondom de nulplusmaatregelen (herinrichting Dommelseweg);
Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren
Het aantal storingen en meldingen is een goede indicatie van de technische staat van een VRI. In combinatie met informatie uit het jaarlijks preventief onderhoud actualiseren we de planning voortdurend waar dat nodig is.
Speelvoorzieningen
Het beleidskader
In 2015 is het speelvoorzieningen beheerbeleid vastgesteld. Daarin staat dat we het aantal speelplekken verminderen, de speelplekken aanpassen aan de situatie in de wijk en de kwaliteit van de overblijvende locaties verbeteren als dat mogelijk is. Bij de aanpassingen kijken we ook direct naar de toegankelijkheid ‘Agenda 22’ waarin het uitgangspunt is dat (speel)voorzieningen voor iedereen toegankelijk zijn. Verder is voor het beheer en het onderhoud van de speelplekken uiteraard het ‘Besluit Veiligheid van Attractie- en speeltoestellen’ van belang omdat daarin de wettelijke verplichtingen zijn opgenomen waaraan de speeltoestellen moeten voldoen.
Het beheer
Vanuit het beheerprogramma speelvoorzieningen is een meerjarenplanning voor het groot onderhoud en vervanging opgesteld. De concrete onderhoudsplannen maken we aan de hand van de jaarlijks, wettelijk verplichte veiligheidsinspecties en de technische staat van de speelvoorzieningen. De kosten voor het onderhoud worden rechtstreek in de exploitatie verantwoord. De vervanging van de speelvoorzieningen wordt gedekt door de bestemmingsreserve speeltoestellen.
Actuele ontwikkelingen
De uitvoering van het omvormen van de speelplekken is inmiddels afgerond. Dit jaar is de speelplek bij kinderboerderij het Weike vernieuwd en het basketvalveld en de skatebaan gerealiseerd. In 2025 staat de Pumptrack op de planning en worden op verschillende plekken een aantal toestellen vervangen.
Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren
Wij regelen op dit moment het beheer, het onderhoud en de vervanging van 74 speelplekken. In zijn totaliteit staan daar nu 415 openbare speel en sporttoestellen in onze gemeente.
Buitensportvoorzieningen
Het beleidskader
De beleidsvisie Valkenswaard beweegt naar de Toekomst en de verschillende normen van het NOC*NSF en sportbonden vormen het gemeentelijk beleidskader voor de buitensportvoorzieningen.
Met het beleid zorgen we ervoor dat de accommodaties voldoen aan de maatschappelijke (breedte)sport basisnormen.
Het beheer
Het “Meerjaren Investering Plan buitensportaccommodaties” (MIP) geeft ons een nauwkeurig inzicht in de omvang, het kwaliteitsniveau en de theoretische levensduur van onze buitensport-voorzieningen. Dit kwaliteitsniveau wordt jaarlijks gecontroleerd en waar nodig aangepast in het MIP. Uit deze gegevens blijkt duidelijk dat we, bezien over een periode van dertig jaar, gemiddeld €500.000 per jaar nodig hebben om het gebruik van deze voorzieningen voor de toekomst te kunnen garanderen. Jaarlijks geven we via de Nota Kaders aan welke buitensportvoorzieningen in het betreffende begrotingsjaar moeten worden vervangen.
Het Meerjaren Onderhoud Plan buitensportaccommodaties (MOP) geeft ons een exact beeld welke middelen er jaarlijks nodig zijn om via regulier en dagelijks onderhoud onze buitensport-accommodaties op het vereiste kwaliteitsniveau te houden. Wanneer we dit onderhoud niet of minder uitvoeren lopen we het risico dat de theoretische levensduur van de buitensportaccommodaties/sportvelden niet gehaald gaat worden en dat er klachten vanuit de gebruikers ontstaan.
Actuele ontwikkelingen
In 2024 is 1 natuurgrasveld gerenoveerd bij RKVV dommelen en zijn er bij verschillende clubs kleine renovaties en vervangingen uitgevoerd. In 2025 staat de kunstgras toplaagrenovatie van vv De Valk op de planning en bij verschillende verenigingen de vervanging van de lichtinstallatie.
De Europese Unie heeft een verbod afgekondigd op het gebruik van polymere infill vanaf 2031. Aangezien kunstgrasvelden gemiddeld 10 jaar meegaan moet er een alternatief worden gevonden in samenspraak met de betreffende voetbalclubs. Inmiddels zijn er verschillende alternatieven op de markt. De kunstgras voetbalvelden in de gemeente moeten in 2025/2026 worden gerenoveerd.
Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren
We beschikken op dit moment over 67 buitensportvoorzieningen waarop 20 verschillende sporten worden beoefend door ongeveer 28 verenigingen.
Tractie
Het beleidskader
In het KOOR (Kwaliteit Onderhoud Openbare Ruimte) is opgenomen dat “gemiddeld B” het kwaliteitsniveau moet zijn van het onderhoud van onze kapitaalgoederen. Daarnaast zijn er diverse wetten of regelingen als de Wegenverkeerswet en het Attractiebesluit en eisen van sportbonden waarin bepalingen zijn opgenomen hoe onze kapitaalgoederen moeten worden onderhouden. In het kader van het project “Beheer op orde” hebben we een professionele beheerorganisatie ingericht die voor de uitvoering van hun werkzaamheden moet kunnen beschikken over bedrijfsvoertuigen en machines.
Het beheer
Het onderhoud aan de bedrijfsvoertuigen en machines wordt voor een groot deel verricht door eigen personeel in onze garage. Jaarlijks moeten er ook voertuigen en machines worden vervangen. Hiervoor hebben we de bestemmingsreserve “tractie ruimtelijk beheer” ingesteld. Naast de bedrijfsvoertuigen en machines van het team B&U zijn hierin ook de voertuigen van de bodes, GEO en de toezichthouders opgenomen. Het college stelt jaarlijks het benodigde vervangingsbudget ter beschikking vanuit deze reserve.
Actuele ontwikkelingen
De afgelopen jaren is het tractie bestand afgestemd op de nieuwe beheerorganisatie. Eind 2019 zijn we overgegaan op het tanken van de voor het milieu betere blauwe diesel (HVO-50). Sinds 2015 zetten we ons in voor een duurzamer tractiebestand. In dat jaar zijn twee elektrische bestelwagens aangeschaft. Sinds 2023 beschikt de gemeente Valkenswaard ook over haar eerste elektrische bakwagen. Recent hebben we (in 2024) een elektrische cirkelmaaier en gator (klein terreinvoertuig) aangeschaft. Binnen de mogelijkheden die er zijn proberen we op deze manier de voorbeeldfunctie van de gemeente toe te passen.
In 2024 zijn we daarnaast gestart met het opstellen van een geactualiseerd tractiebeheerplan. Dit tractiebeheerplan vormt de kern van onze strategische benadering om de prestaties en duurzaamheid van ons tractiebestand te optimaliseren.
We zien hierbij onder andere dat de afgelopen jaren de begroting en de werkelijke kosten steeds verder uit elkaar zijn gaan lopen, vooral met betrekking tot de exploitatiekosten voor onderhoud, die aanzienlijk hoger zijn dan begroot. Dit geldt ook voor de investeringskosten voor de voertuigen. Voor de komende vier jaar zijn actuele prijzen opgevraagd bij leveranciers, zodat de huidige marktwaarde per onderdeel realistisch wordt weergegeven.
Tot slot omarmt de gemeente ook voortdurend nieuwe ontwikkelingen in de markt, vooral op het gebied van toegankelijke voertuigen en machines voor verbeterde prestaties en duurzaamheid. We leggen de focus op het optimaliseren van onze productiviteit door kritisch te kijken naar de mogelijkheid tot het afschrijven van bestaande voertuigen en machines.
Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren
We beschikken over een grote diversiteit aan voertuigen en machines waaronder een vrachtwagen, bak- en bestelwagens, aanhangers, tractoren met werktuigen, zitmaaiers, veegwagens en gladheidbestrijdingsmaterieel.
Maatschappelijk vastgoed, inclusief onderwijshuisvesting
Het beleidskader
In 2019 is het gebouwenbestand voor de MJOV geactualiseerd. Voortbordurend op de in 2012 vastgestelde uitgangspunten, over het door ICS opgestelde rapport over maatschappelijk vastgoed, hebben we in 2019 en 2020 het vastgoedmanagement informatiesysteem gevuld.
Het beheer
In dit systeem zijn alle bijgewerkte en actuele meerjarenonderhoudsverwachtingen opgenomen. Op basis van deze verwachtingen zullen we de onderhoudswerkzaamheden uitvoeren en de budgetten bijsturen. Vanaf 2023/2024 staat de verdere doorontwikkeling van vastgoed centraal.
We willen structurele verhoging van onderhoudskosten en/of grote problemen met de kwaliteit van de gebouwen voorkomen. Om het voorzieningenniveau op peil te houden, moet ook de technische kwaliteit van gebouwen en installaties voldoende zijn. Er is vastgesteld en beoordeeld dat de kwaliteit minimaal aan conditie 3 van de NEN 2767-methodiek moet voldoen. Dit alles zullen we doen aan de hand van een actualisatie van de in 2019 vastgestelde bestuursopdracht vastgoed 2019-2023.
In boekjaar 2023/2024 is de bestuursopdracht 2024-2028 vastgesteld, dit in navolging op bovenstaande vermelde bestuursopdracht. Ter uitvoering hiervan zijn afgelopen periode de Meerjarenonderhoudsbegrotingen (MJOB's) voor de gehele portefeuille op pandniveau geactualiseerd (op basis van NEN 2767 conditiemeting). Het geactualiseerd meerjarenonderhoudsplan gemeentelijk vastgoed 2024 t/m 2043 zal in september 2024 ter goedkeuring worden vastgelegd aan de Raad. Door actualisatie van de MJOB's ontstaat er een gedegen inzicht in de onderhoudsstaat van de gehele portefeuille. Dit is van groot belang omdat wij hierdoor een helder overzicht hebben van het uit te voeren onderhoud per object, hierdoor wordt weer helderheid verschaft in de benodigde onderhoudsvoorziening. In de geactualiseerde MJOB's zijn nog geen verduurzamingsmaatregelen opgenomen. Het verduurzamen van gemeentelijk vastgoed is complex en vraagt om een grondige aanpak en voorbereiding. Als gemeente moeten we aansluiten bij de klimaatdoelstellingen en dat vraagt om strategie. Op dit moment zijn wij bezig met het uitwerken van een routekaart verduurzaming gemeentelijk vastgoed. Na afronding van deze routekaart zullen de beoogde verduurzamingsmaatregelen nader worden uitgewerkt, integraal met het MJOP. Tevens zullen de benodigde financiële middelen daarvoor in beeld worden gebracht.
Actuele ontwikkelingen
In overleg met de schoolbesturen is een IHP (Integraal HuisvestingsPlan) opgesteld en door de raad vastgesteld. De financiële gevolgen hiervan zijn – in afwachting van definitieve besluitvorming door de gemeenteraad – nog niet verwerkt in deze begroting (maar wel ter informatie opgenomen in het bandbreedteoverzicht).